04-03-2011: Zeearend ingerekend

Het was vanmorgen zulk mooi weer dat Cilja en ik besloten om een paar uur met hondje Chico naar de Biesbosch te gaan. Daar zit een kwartetje schaarse en zeldzame soorten dat tot op heden maar niet wil lukken: Klapekster, Cetti's Zanger, Roerdomp en Zeearend. De Roerdomp is altijd een gelukstreffer. De Zeearend eigenlijk idem. Voor de Klapekster is een min of meer vaste plek en de Cetti's Zanger zingt (of niet) op diverse vaste stekken. We reden vandaag een aantal van die plekken af, maar de Cetti's Zanger bleef stil. We waren misschien iets te laat op de dag, maar duidelijk is dat ze nog niet massaal zingen. Ik heb toch het idee, te oordelen naar het aantal waarnemingen, dat ze deze winter wel een tikje hebben gehad. We vonden wel twee Grote Zilvers, zingende Veldleeuweriken, een groepje Graspiepers, twee Waterpiepers, circa 35 Grutto's en een groep van zeker 100 Kramsvogels. Bij polder Maltha maakte ik nog even alleen een wandelingetje, in de hoop op de Klapekster. Maar die liet zich niet zien vandaag. Wel vloog er een mannetje Bruine Kiekendief voorbij en dat was tenminste een jaarsoort. Even later volgde toch nog spektakel. Grote groepen ganzen gingen met veel kabaal de lucht in en meestal betekent dat: Zeearend. In eerste instantie zag ik 'm niet, maar even later keek ik omhoog en jawel, daar kwam de joekel overcirkelen, lastiggevallen door meeuwen. Wat zijn het toch imposante beesten! Langzaam cirkelde de arend zuidwaarts, tot hij uit beeld verdween. En zo leverde de Biesbosch toch weer een zeer fraaie soort op.