zaterdag 31 maart 2018

31-03-2018: Raaf in de regio!

Baltsende Futen bij Lappenheide.
Tussen de natte dagen door is er af en toe weleens een droge dag met weinig wind te bespeuren, en aangezien vandaag zo'n dag leek te gaan worden, stapte ik met zonsopkomst op de fiets om lekker te gaan vogelen in de regio. Mijn hoop was om vandaag de 160 jaarsoorten vol te vogelen, iets wat een tamelijk realistisch doel leek.
Ik begon bij Lappenheide, waar vandaag vier Kleine Plevieren, twee Kluten en het gebruikelijke spul aanwezig waren. Ik fietste verder naar Acquoy, daar de dijk op waar wederom geen Steenuil te bekennen was, en toen over de onverharde weg naar Fort Asperen. Langs die weg vond ik de eerste krent van vandaag: een Cetti's Zanger, een soort die hier allang niet meer zeldzaam is, maar dit betrof een nieuwe plek.
Ik reed de Nieuwe Zuiderlingedijk op, waar tot mijn teleurstelling op het eerste stuk geen Blauwborst of Fitis of Zwartkop te horen was. Het werd pas leuk toen ik de N848 was overgestoken. In een plasje baltste een stel Dodaarsjes en terwijl ik daarnaar luisterde en keek vloog er ineens een Witgat op, mijn eerste jaarsoort. Niet veel verder kwamen er twee luid roepende Kruisbekken over me heen gevlogen, voor deze regio toch ook niet bepaald een vaak geziene soort.
Toen ik de Linge had bereikt, volgde eindelijk mijn eerste zingende Blauwborst van het jaar, niet veel later gevolgd door nummers twee en drie, dat zul je altijd zien.
Ik keek nog even op de plek waar ik destijds de eerste Cetti's Zanger voor de regio ontdekte, en daar zat nu een Vuurgoudhaan te zingen in een klein plukje coniferen. Leuk! Ondertussen schroefden drie Bruine Kiekendieven boven me omhoog en stapten een Grote Zilverreiger en een Ooievaar over het land.
De grootste verrassing moest echter nog komen. Ik was al op de terugweg toen ik een Raaf hoorde roepen, vlakbij, en jawel: daar kwam hij over me heen gevlogen! Lange staart, enorme snavel, stuk groter dan Zwarte Kraai en de onmiskenbare, diepe en droge 'cor-cor'-roep roepend. Het vreemde was, dat ik hem op de heenweg ook al meende te horen, maar kort, en de vogel zag ik nergens. Dus liet ik het er toen maar bij. Maar nu was er geen twijfel mogelijk. Ik volgde de Raaf met de kijker en zag hem landen in de bosjes ter hoogte van de laatste kruising voor de Linge. Het zou heel goed de Raaf kunnen zijn die vrij recent tweemaal boven Asperen is gezien. Dat is zelfs tamelijk waarschijnlijk, gezien de zeldzaamheid van de soort in onze regio. Dat betekent dus, dat hij hier rondhangt, wat natuurlijk erg leuk is.
Thuis volgde er nog een verrassing: er zat een Zwarte Roodstaart te zingen rond ons huis. Dat gebeurt tegenwoordig ieder jaar rond deze tijd en hij zal dus wel ergens in de buurt broeden. En zo kwam ik toch nog aan de 160 jaarsoorten!
Grauwe Gans bij Lappenheide.

zondag 25 maart 2018

25-03-2018: Vogels van het verre oosten

Een Graspieper liet zich leuk fotograferen bij Bemmel.
Vandaag ging ik weer eens met Chris en Wiegert op pad, en we waren het er snel over eens dat een tochtje naar het oosten des lands een goed plan was. Per slot van rekening was de Oehoe nog een nieuwe Nederlandse soort voor Wiegert, en de Kortsnavelboomkruiper een nieuwe voor Chris. En voor mij waren er genoeg leuke jaarsoorten te halen.
En dus vertrokken we om halfacht vanuit Leerdam om rond kwart over negen bij de steengroeve in het verre Winterswijk te arriveren. De Oehoe was een makkie, die zat gewoon op haar nest, keek af en toe in onze richting, knipperde met haar ogen of geeuwde. Leuk was ook, dat iets verderop een Geelgors zong en een Raaf riep regelmatig vanuit de verte. Hopla, drie jaarsoorten erbij.
De Oehoe van Winterswijk op haar nest.
Snel op naar Bekendelle, dat prachtige bos waar alle Nederlandse spechten, de Kortsnavelboomkruiper en nog vele andere leuke vogels te vinden zijn. Helaas gold dat vandaag niet voor die Kortsnavel, want hoe we ons best ook deden, er was geen spoor van deze soort te vinden.
Wel scoorden we vandaag alle spechten. De Groene hoorden we meteen al, Grote Bonten waren volop actief, een Kleine Bonte werd gevonden door Wiegert en werd gezien en gehoord. Voor de Middelste en de Zwarte moesten we meer moeite doen, maar nadat we er flink wat tijd in hadden gestoken hoorden en zagen we beide soorten. De Middelste Bonte liet zich uiteindelijk zelfs zeer fraai zien (minimaal twee exemplaren).
Intussen scoorden we ook Appelvinken, hoewel de gluiperds niet echt heel mooi in de kijker kwamen. Een paar Glanskopjes waren nog een jaarsoort voor mij. Een stel Grote Gele Kwikken en zingende Grote Lijsters waren evenmin te versmaden en hetzelfde gold voor een mannetje Sperwer en diverse zingende Vuurgoudhaantjes, waarvan er eentje prachtig in de kijker kwam.
Rouwkwikstaart bij Bemmel.
En... vandaag is ook ons vlinderseizoen begonnen middels de waarneming van vele Citroenvlinders die, toen de zon eenmaal begon te schijnen, massaal tevoorschijn kwamen.
We legden ons uiteindelijk neer bij het missen van de Kortsnavel en besloten de dag af te sluiten bij Bemmel, waar aan de Waal twee Roodhalsganzen zouden zitten. Aanvankelijk leek dat een hopeloze klus: de ganzen zaten zeer ver weg tussen massa's Brandjes. Maar toen we een stukje dichterbij waren gelopen, kregen we onverwacht hulp van een boer, die gezeten op zijn tractor de ganzen opjoeg. Toen de eerste groep Brandjes de lucht in ging, zag Chris de beide Roodhalsjes ineens staan. Wiegert had ze ook snel in de scoop, en ik kon nog net op tijd een blik werpen om een van de Roodhalzen te zien opvliegen. Na enige tijd verdween de groep uit het zicht. Maar we hadden hem!
Witte Kwikstaart bij Bemmel.
Nog was het niet gedaan. Andere vogelaars hadden een man Rouwkwikstaart gezien, die echter opgevlogen was en uit beeld verdwenen. Toen wij terugliepen naar de auto zag ik op een landje verderop een kwik lopen, dus besloten we dat veldje nog even te checken. En verdraaid, daar vond Wiegert het mannetje Rouwkwikstaart. Wat een heerlijke afsluiting van deze toch al geweldig mooie dag! De Rouwkwik liet zich langdurig bekijken en ook fotograferen, zij het van enige afstand.
Al met al werd het een lange dag vandaag, maar dat maakte niet uit. We hebben er weer erg van genoten.
Record shot van een van de MiBo's te Bekendelle.

maandag 19 maart 2018

19-03-2018: Goudplevier, nummer 150

Kieviten.
Vijf dagen geleden, op 14 maart, stond ik nog met lekker voorjaarsweertje bij Lappenheide en fietste daarna de Nieuwe Zuiderlingedijk af, waar ik zowel een Keep als een fraaie Kleine Bonte Specht als jaarsoorten scoorde.
Dit weekend was het weer Siberisch koud met een harde, gure noordoostenwind. Toch moest ik er vanmorgen even op uit: gisteren waren tussen Leerdam en Rhenoy Goudplevieren gezien, een soort die ik niet heel vaak zie in een jaar en hier in de regio al helemaal niet. Bovendien zou de plevier, als hij zou meewerken, mijn 150e jaarsoort voor 2018 zijn.
Na een korte, maar door de omstandigheden toch barre fietstocht vond ik nog voordat ik de juiste plek bereikte al dertien Goudplevieren. En op de plek van gisteren nog eens zes. De plas van Lappenheide was dichtgevroren, zodat de Grutto's, Scholeksters, Tureluurs en Kieviten die zich daar bevonden ook door de aangrenzende weilanden scharrelden.
Nadat ik nog even naar de Goudplevieren had gekeken, ging ik snel terug naar huis, aan de koffie.

maandag 12 maart 2018

12-03-2018: Het voorjaar zet door.

Grauwe Ganzen bij Lappenheide.
Vanmorgen scheen de zon af en toe en voelde het buiten lenteachtig aan, dus ik besloot het plasje bij Lappenheide weer eens te checken op leuke - c.q. jaarsoorten. Ik fietste Leerdam uit en hoorde een Boomklever roepen, een schaarse soort in deze regio die zich wel steeds vaker laat zien, heb ik de indruk.
Bij Lappenheide leek er aanvankelijk niet veel spannends aan de hand, behalve dat de Grauwe Ganzen zich weer eens mooi lieten fotograferen en dat er maar liefst elf Knobbelzwanen aanwezig waren, een aantal dat ik hier nog nooit eerder zag. Het betrof zes adulte vogels, waarvan er twee de hele tijd lieve geluidjes naar elkaar maakten, en vijf onvolwassen exemplaren.
Twee van de vijf onvolwassen Knobbelzwanen.
Zo'n twintig Kieviten stonden op een landtong en het aantal Grutto's bedroeg ongeveer vijfendertig, waarvan er minimaal vier tot de ondersoort IJslandse Grutto behoorden. Ook waren er twee Tureluurs aanwezig. Een Sperwer kwam overvliegen en joeg de hele groep steltjes omhoog, maar na enige tijd kwamen ze gelukkig ook weer naar beneden om te landen op precies dezelfde plek als waarvan ze waren opgevlogen.
Net toen ik een beetje teleurgesteld meende te constateren dat er geen jaarsoorten aanwezig waren, zag ik ineens een klein steltje staan: Kleine Plevier! Dat was leuk, vond ik, toch nog een nieuwe soort voor de jaarlijst 2018.
Kleine Plevier.
Ik telde de aantallen van diverse eendensoorten en toen ik bezig was met de Slobeenden zag ik helemaal achterin ineens een volgende jaarsoort lopen: een Kluut! Zo begon het toch nog wat te worden. Ik fietste een klein stukje verder naar de drassige weilandjes net om de hoek van Lappenheide, en hoppa, daar was jaarsoort nummer drie: een roepend overvliegende Kneu. Diverse Witte Kwikstaarten waren eveneens aanwezig. Ik besloot door te fietsen naar het dijkje om te kijken of de Steenuiltjes vandaag aanwezig waren en in de hoop op mijn eerste Tjiftjaf of iets anders leuks.
Drie adulte Knobbels.
Dat was een goeie zet, want ik fietste nauwelijks op het dijkje toen ik een luid zingende Tjiftjaf hoorde - en even later ook zag. Helaas waren de Steenuiltjes vandaag niet thuis, en ik besloot terug te fietsen naar Lappenheide om daar nog een tijdje te kijken. Dat pakte goed uit, want juist toen ik arriveerde kwam er een prachtige adulte Geelpootmeeuw aangevlogen, die midden op de plas landde en zich even later op een landtongetje ging staan poetsen. En zo werden het weer een paar hartstikke leuke vogeluurtjes.
Adulte Geelpootmeeuw!

dinsdag 6 maart 2018

06-03-2018: Ze zijn er weer, de Grutto's

Ze zijn er weer!
Vroeger, toen ik nog in Hillegom woonde, was de eerste zingende Boomleeuwerik in de duinen voor mij het teken dat de lente er echt aan kwam. Tegenwoordig is het, bij gebrek aan Boomleeuweriken in het rivierengebied, de komst van de Grutto's.
De bittere kou heeft ons land nog maar nauwelijks verlaten of de temperaturen zitten alweer in de dubbele cijfers en de vogeltrek komt op gang. De afgelopen dagen gingen niet alleen de Kraanvogels massaal op reis naar het noorden, ook de Grutto's staan alweer te kleumen op de ijsrestanten in de uiterwaarden van Everdingen.
Vandaag ben ik even naartoe gefietst. Onderweg zong er van alles, waaronder de Cetti's Zanger van De Waaij, en zag ik de eerste Scholekster alweer in het weiland staan. Bij de uiterwaarden aangekomen duurde het niet lang of ik hoorde de eerste Grutto roepen, en even later had ik een flinke groep van zo'n 45 stuks in de kijker.
Brandganzenpaar.
Ik liep een rondje om de uiterwaarden heen en vond zingende Rietgorzen en een kortstondig zingend mannetje Roodborsttapuit, allebei jaarsoorten. Minimaal twee Baardmannetjes waren nog aanwezig en een stuk of vier Tureluurs stapten tussen de Grutto's door. Ook leuk waren een Waterpieper en nog een Cetti's Zanger, alsmede een stuk of zeven prachtige mannetjes Pijlstaart. Ik had niet heel erg lang de tijd, dus na een paar uur fietste ik weer terug naar huis. Bij De Waaij speurde ik nog even tussen de meeuwen en vond weer een mooie adulte Pontische Meeuw op de palen.
Pontje op de palen.

zondag 4 maart 2018

04-03-2018: Kranen!

Twee Kraanvogels over ons dakterras!
Eigenlijk zou ik vandaag een dagje gaan vogelen met Wiegert, maar toen sprong gistermiddag onze waterleiding op de bovenste verdieping en zaten we twee verdiepingen lager nog met wateroverlast opgescheept. Gelukkig kon de boel gister al gerepareerd worden, maar gezien de puinzooi die dit geintje had veroorzaakt leek het me verstandiger het dagje vogelen maar af te zeggen teneinde de boel weer enigszins te kunnen opkalefateren.
Jammer, want het was vandaag, na alle bittere kou van de laatste tijd, bijna lenteachtig weer. Daarbij waren het gisteren en vandaag Kraanvogeldagen - door het hele land werden naar het noorden trekkende groepen gezien. Dus ging ik even een uurtje buiten zitten en op hoop van zegen omhoog kijken en soms heb je dan geluk. Vandaag was zo'n dag, want om halftwee hingen er ineens twee Kranen bijna boven het dakterras en er was nog tijd genoeg om mijn fototoestel te pakken en ze vast te leggen ook. De Kraanvogels vlogen vrij langzaam en laag naar het noordoosten. Wat een heerlijke waarneming!