maandag 27 juni 2016

26-06-2016: Nachtbrakers.

Met al dat natte weer schieten de paddenstoelen alweer als paddenstoelen uit de grond. Parelamaniet.
Een jaarlijks terugkerend vogelhoogtepunt is het avondje Leusderheide zo onderhand geworden. Gisteravond was het weer zo ver en om acht uur reden Chris en ik naar het gebied, waar we een halfuurtje later aankwamen. Gelukkig waren de weergoden ons gunstig gezind, want na een dag lang regen was het opgeklaard en tamelijk helder weer geworden.
We waren nog te vroeg voor onze doelsoorten, dus liepen we een eindje door het bos. Er zong niet veel, het is inmiddels ook al eind juni natuurlijk, maar een Boompieper was nog fanatiek in de weer en we vonden ook een paar Kuifmezen. Verder was het opvallend hoeveel Roodborsten er in zo'n stukje bos zitten als ze bijna de enige vogelsoort zijn die zich nog laat horen.
We vonden een mooie Parelamaniet en diverse andere, voor ons niet te determineren paddenstoelen, want met al die nattigheid die deze zomer uit de lucht komt vallen is het paddenstoelenseizoen vroeg begonnen. Ook zagen we onder meer bloeiend Vingerhoedskruid, Klein Nagelkruid en Gewone Brunel, terwijl een Ree op hetzelfde plekje stond als een jaar eerder.
Om tien uur posteerden we ons op de plek vanwaar we altijd Nachtzwaluwen en Houtsnippen horen en zien. Als eerste komt altijd de Houtsnip roepend overvliegen, en dat was ook ditmaal het geval. Alleen de Zanglijster en de Boompieper zongen nog op dat moment. Even later waren die ook stil en hoorden we van ver de eerste Nachtzwaluw ratelen. Later nog een, en misschien waren het er wel drie, maar zekerheidshalve houd ik het op twee, evenveel als er Houtsnippen in de lucht actief waren. Het duurde lang ditmaal, maar uiteindelijk hoorden we ook de vluchtroep en kwam een Nachtzwaluw toch nog tweemaal een fraaie show geven, vlak boven onze hoofden.

woensdag 8 juni 2016

08-06-2016: Werken aan de libellenlijst.

Een Vroege Glazenmaker ging er eens lekker voor hangen.
Met mijn dagvlinder- en libellenjaarlijst is het tot nu toe droevig gesteld. Vlinders zijn zowel qua soorten als aantallen buitengewoon schaars. Libellen heb ik nog nauwelijks gezien. Dus was het de hoogste tijd om te proberen daar verandering in te brengen. Om een uur of elf vertrok ik naar een van mijn favoriete gebiedjes langs de Nieuwe Zuiderlingedijk, waar je lekker rustig kunt struinen en fotograferen. Aanvankelijk leek het weer niet mee te zitten, want het was bewolkt en er woei een frisse noordwestenwind. Maar stukje bij beetje kwam toch de zon erbij en zie, het werd nog heel aangenaam weer en de libellen werkten mee. Maar eerst volgde er een verrassing!
Wilgenwespvlinder, mijn eerste wespvlinder ooit.
Mijn oog viel op een nietig, wespachtig beestje, en toen ik beter keek zag ik dat het een wespvlinder was! Nu moet je weten dat ik nog nooit in mijn negenendertigjarige carrière als vogelaar/natuurliefhebber tegen een wespvlinder was aangelopen. Dat zal ongetwijfeld vooral aan mij liggen, want sommige soorten, zoals de Wilgenwespvlinder die ik vandaag zag, zijn niet echt zeldzaam. Klein zijn ze wel, veel kleiner dan ik verwachtte. Hoe dan ook, het was geweldig om dit prachtige diertje te kunnen zien en fotograferen!
Qua vogels waren de Purperreiger en de zo onderhand onvermijdelijke Cetti's Zanger de hoogtepunten. Van de dagvlinders zag ik alleen een (1) Distelvlinder. Verder niets, geen witje, niks. Ik weet niet hoe het elders in het land is, maar hier is het huilen met de lamp voorover.
Azuurwaterjuffer.
De libellen deden het beter. Ik vond talloze Lantaarntjes, waaronder heel veel kersverse exemplaren. Diverse Variabele Waterjuffers, een Azuurwaterjuffer, een Grote Roodoogjuffer en een Watersnuffel completeerden de juffers. Diverse Gewone Oeverlibellen vlogen rond. Ik vond een Grote Keizerlibel die verdwaasd op het asfalt van de dijk lag, waarschijnlijk aangereden. Hij leek dood, maar toen ik hem oppakte begon hij weer te bewegen en verder leek hij gaaf, zodat ik 'm in de kant op een plant heb gezet. Later zag ik er nog eentje vliegen. Ook de Bruine Korenbout was weer van de partij. De leukste libel van vandaag was echter de Vroege Glazenmaker, die zich van dichtbij liet fotograferen. Zo heb ik ze nog niet vaak voor de lens gehad!
Vroege Glazenmaker.

zaterdag 4 juni 2016

04-06-2016: Zomergasten, wintergasten en een Amerikaan

Sprinkhaanzanger.
Ik had vandaag een afspraak met Chris om een dagje te gaan vogelen. De afgelopen week leek de mogelijkheid aanwezig dat het een zeer spectaculair tochtje kon worden, want toen waren Vale Gier, Roodmus, Krekelzanger, Grote Grijze Snip en Kleine Geelpootruiter allemaal mogelijk met een rondje Zuid-Holland. Maar helaas, gisteren waren van dat illustere gezelschap alleen nog de Roodmus en de Kleine Geelpoot over en toen we vanmorgen om zeven uur wegreden zat het ook nog eens potdicht met mist. Maar natuurlijk gingen we toch proberen er iets moois van te maken.
Adult mannetje Roodmus bij Oostvoorne.
Na een uurtje waren we bij Oostvoorne, waar we de ruigte van het Groene Strand in liepen. Hier moesten tenminste twee, misschien zelfs drie Roodmussen huizen, dus je zou zeggen: dat kon niet missen. En dat deed het ook niet, uiteindelijk. Aanvankelijk was het nog erg mistig en hoorden we vooral veel Cetti's Zangers en andere, gewonere soorten. We spraken een vogelaar die al een Roodmus had gezien en gehoord en op zijn aanwijzing liepen we een zijpaadje in. We kwamen uit bij een soort weide, waar de Roodmus door de vogelaar zou zijn waargenomen. Wij hoorden echter niets, ook niet na langere tijd wachten. Wel vond Chris een mannetje Goudvink, en ik zag niet veel later een vrouwtje, en dat was een leuke jaarsoort.
Mannetje IJseend in de Bossewaard bij IJsselstein.
 We besloten terug te lopen naar de kruising van de twee paden, waar de Roodmus het vaakst wordt gezien en gehoord. Onderweg krijste er een Waterral en toen hoorde ik ineens van ver de Roodmus. De vogel leek vliegend te zingen, want het geluid kwam snel dichterbij en verdween uiteindelijk, zonder dat we de zanger zagen, over ons heen. We liepen terug naar de weide en jawel, daar zong hij luid en duidelijk. Maar binnen een paar strofen vloog hij weer pal over ons heen weer terug naar waar hij vandaan kwam, zij het dat we hem nu wel zagen. Wij liepen ook maar weer terug, scoorden tenminste twee, misschien wel drie Zwartkopmeeuwen in zomerkleed die over ons heen vlogen en vonden uiteindelijk de Roodmus zingend in de top van een struik. We konden hem nu langdurig bewonderen en beluisteren, maar helaas bleef hij voor echt mooie foto's te ver weg. Een Sprinkhaanzanger wilde wel graag op de gevoelige plaat en dat vond ik leuk, want het was pas de eerste keer dat ik zo'n gluiperd voor de lens kreeg.
Tureluur te Haastrecht.
Nadat we genoeg hadden gezien aan de Roodmus (een adult mannetje overigens, wat het waarnemen van een Roodmus wel zo aangenaam maakt), besloten we richting Haastrecht te gaan, waar in het Doove Gat al enige tijd een Kleine Geelpootruiter verblijft. De Kleine Geelpoot is een dwaalgast uit Amerika, die de laatste jaren vaker lijkt te worden gezien in ons land. De plek was snel gevonden en ondanks het tegenlicht en de vele verwarrende Tureluurs, kwam ook de Kleine Geelpoot vrij snel ons jaarlijstje 2016 binnen stappen. Gelukkig ging de vogel op niet al te grote afstand nog even onder redelijk licht zitten. Ik kon nog een paar bewijsplaatjes schieten, maar echt mooie foto's zaten er niet in. Dat lukte wel met een Tureluur en een Rietzanger en daar was ik ook best blij mee. Na een tijdje te hebben genoten van de Kleine Geelpoot zochten we nog wat naar libellen en juffers, maar er was weinig te vinden en wat er was bleef niet zitten. Wel zagen we op alle bezochte locaties vandaag Distelvlinders.
Rietzanger, Doove Gat, Haastrecht.
We vermaakten ons nog met een overvliegende Lepelaar, twee Ooievaars en de fotogenieke Tureluur en reden toen naar onze laatste bestemming van vandaag: de Bossewaard bij IJsselstein, waar vreemd genoeg al een tijdje een paar IJseenden huist. Een hardcore wintergast en daarom een fantastische juni-soort, fraaie vogels sowieso en ze bleken ook nog aardig fotogeniek te zijn, al moest je als fotograaf even wennen aan de duikfrequentie van de beestjes. Maar uiteindelijk kreeg ik het mannetje toch leuk op de foto. We zagen hier ook nog een groepje Oeverzwaluwen en de eerste Gewone Oeverlibel van het jaar, alsmede Atalanta, Kleine Vuurvlinder, Klein Koolwitje en Distelvlinder.
We waren al vrij vroeg thuis, maar dat gaf niet. Onze doelsoorten hadden we fraai en langdurig kunnen bewonderen. Het was een gezellige en geslaagde dag.
Mannetje IJseend.
Tureluur.
Bewijsplaatje van de Kleine Geelpootruiter.