zaterdag 28 juni 2014

15 t/m 22-06-2014: Een vlinderreis naar Bulgarije met Inezia Tours

Zondag 15 juni 2014: Eindhoven (Nederland) – Koprivshtitsa (Bulgarije)

Omdat we al om half acht aanwezig moesten zijn op Eindhoven Airport vertrok ik een uur eerder per taxi van huis, want per openbaar vervoer kun je het in deze regio wel schudden op zondag om zulk een tijd. De reis ging vlot en ruim op tijd was ik in de hal van het vliegveldje aanwezig, waar ik niet veel later reisleider Paul Cools en deelnemer Ruurd Visser tegen het lijf liep. Druppelgewijs kwamen daar de andere deelnemers bij: Rob Blanken, Herman Damman, Jeanne Kuijper-Nannenga en Sytze Hooisma. De zevende deelneemster, de Vlaamse Martine De Buijser, zou zich in Sofia bij ons aansluiten.

Aardbeivlinder
De vlucht per Wizz Air duurde gelukkig niet al te lang. Na op de kop af twee uur en veertig minuten landden we in Sofia en kon de vakantie echt beginnen. Martine en onze Bulgaarse gids, Mario Langourov, stonden al op ons te wachten en we konden zo het busje in dat Mario had meegebracht.

We reden een uurtje naar het oosten en maakten een tussenstop bij een bospaadje met wat open plekken waar we de eerste vlinders konden zien en de eerste foto's konden maken. Het was toen nog zonnig en vrij warm weer en er vloog van alles. Ik had me voorgenomen om al mijn waarnemingen weer ter plekke in het notitieboekje op te schrijven, zowel vogels, vlinders, libellen als al het andere dat we zouden tegenkomen. Dat werd dus wel even doorschrijven, want er was op alle terreinen veel te zien.

Omdat dit een vlinderreis was, zal ik in dit verslag wel alle waargenomen vlindersoorten vermelden, maar van de vogels en andere diersoorten alleen de meer bijzondere. Alleen de eerste waarneming van een soort is vet gedrukt.

De eerste vlinders die we zagen waren Kleine Vos, Heideblauwtje, Oranje Luzernevlinder, Aardbeivlinder en mijn eerste nieuwe soort: het Tweekleurig Hooibeestje! Een spectaculaire nieuwe libellensoort vloog constant heen en weer: de Zuidelijke Bronlibel! Dat was allemaal alvast erg hoopvol. Van de nachtvlinders zagen we het eerste Vals Witje, altijd een leuk beestje. Er zouden er nog vele volgen.

Groot Geaderd Witje
Nadat de eerste fotohonger was gestild reden we verder richting onze eerste bestemming, de omgeving van Koprivshtitsa. Nu hadden we al vernomen dat de weersverwachtingen voor de komende week niet geweldig waren, maar uiteraard hoopten we dat het zou meevallen. Toen we echter het hotel naderden viel de eerste regen, iets wat we nog vaker zouden meemaken dan ons lief was. Gelukkig werd het, nadat we de bagage in de kamers hadden geplaatst, toch weer een soort van droog, en even later liepen we door een prachtig gebied: natuurlijke weiden die afgeladen waren met bloemen en met hier en daar bosjes en groepjes bomen. Dit beloofde wat! Als het weer tenminste zou meewerken… Maar helaas, het bleef donker en fris, en alles was natgeregend, zodat er weinig aan vlinders te beleven was, behalve een Boswitje dat zich mooi liet vastleggen. Dan maar vogelen! De Grote Gele Kwikstaart en de Europese Kanarie hadden we al bij het hotel en hier zaten keihard twee Kwartelkoningen te roepen, waarvan zich er uiteindelijk eentje kort aan mij liet zien. Verder hoorden en zagen we andere leuke vogelsoorten, zoals Appelvink, Geelgors, veel Grauwe Gorzen en een roepende Kwartel.
Uiteindelijk vonden we toch nog een nieuwe vlindersoort voor mij: het felbegeerde Groot Geaderd Witje! Het diertje liet zich mooi fotograferen en we zouden hem dagelijks zien tijdens deze reis. Van de nachtvlinders vormde een langdurig poserende Hommelvlinder een fotografisch buitenkansje.

Maandag 16-06-2014: een volle dag Koprivshtitsa

Turks Hooibeestje
's Morgens liepen we al zeer vroeg naar slapende vlinders te zoeken, maar alles was zeiknat en de vlinders zaten duidelijk diep in de vegetatie. We waren naar een andere plek dan die van gisteravond gereden, waar de vegetatie korter was, zodat er hopelijk meer en sneller iets was te vinden. Maar het duurde toch nog een heel tijdje voordat er een Roodstreephooibeestje werd gevonden, helemaal bedekt met regendruppels. Maar het was een leuke nieuwe soort en het hooibeestje liet zich aardig fotograferen.

Als er geen vlinders te vinden waren, keek ik naar vogels en zo zag ik vanmorgen onder meer Roodstuitzwaluwen voorbij vliegen en hoorden we een Cirlgors zingen, een soort die later nog diverse malen in de kijker zou komen. Leuk, want ik had de Cirlgors al jaren niet meer gezien.

Zuidelijke Oeverlibel
Toen zag ik een paar leden van onze groep druk fotograferen en jawel, er was een mooi Turks Hooibeestje gevonden, alsmede een Zuidelijke Oeverlibel. Beide soorten zouden we nog regelmatig zien. We vermaakten ons een tijdje met het fotograferen van deze twee leuke soorten en daarna liepen we een eindje langs de weg om verderop weer het gebied in te gaan. Daar zat een mooie Grauwe Klauwier op een hekje die er als het ware om smeekte gefotografeerd te worden. En dat gebeurde dus ook. De Grauwe Klauwier was een algemene soort in de gebieden die wij bezochten.

Grauwe Klauwier
Het gebiedje waarin we nu verzeild raakten was bijzonder nat, en iedereen liep te soppen in zijn of haar schoenen. Maar het doel heiligde de middelen, want hier moest de illustere Vogelwaterjuffer vandaan komen, een zeldzame juffersoort in Europa, en we vonden gelukkig meerdere exemplaren, die uiteraard ook op de foto gingen. Nadat we zo een tijdje door het moerasachtige gebiedje hadden geploeterd begon het weer eindelijk op te knappen. Het zonnetje brak voorzichtig door, voor ons een teken om ons weer aan de vlinders te wijden, die naarmate de zon er meer bij kwam vanuit de vegetatie naar boven zouden kruipen om op te warmen.

Vogelwaterjuffer
Langzaam maar zeker druppelden de nieuwe vlindersoorten binnen. Eerst vonden we een Toortsparelmoervlinder, een soort die we nog vaker zouden zien. Leuk was de ontdekking dat het Boterbloempje, een dagactieve nachtvlinder, ook in Bulgarije voorkomt. We vonden ook een aantal ons bekende vlindersoorten, zoals Distelvlinder, Hooibeestje, Bruin Zandoogje, Gehakkelde Aurelia en Groot Dikkopje. Ook deze soortjes gingen op de foto, voor zover ze dat toelieten uiteraard. Een erg mooie nieuwe soort was de Spireazwever, waarvan er op een zeker moment vier verschillende rondom ons vlogen. Helaas gingen ze slechts zelden zitten, waardoor fotograferen erg lastig was.

De laatste nieuwe soort die we in dit gebied vonden was de uiterst fraai Balkanvuurvlinder. Hij was niet erg fotogeniek, maar later zou het nog helemaal goed komen tussen ons en de Balkanvuurvlinders.

Balkanvuurvlinder
We reden naar een plek waar de Grote IJsvogelvlinder te vinden zou zijn - als de zon tenminste zou blijven schijnen. We verbleven er een tijdje, maar de zon brak niet voldoende door om de IJsvogelvlinders vanuit de boomtoppen naar beneden te lokken. Wel zagen we er weer diverse Spireazwevers en vlogen er meerdere Kolibrievlinders. Toen we weer naar boven liepen sprong er ineens een kikker met reuzensprongen van het pad af naar beneden, waar hij even bleef zitten zodat we hem goed konden bekijken. Een Springkikker dus, een erg leuke nieuwe amfibiesoort  voor mij.

Bovenaan het pad, waar we de auto hadden geparkeerd, vonden we nog een paar nieuwe beestjes. Ik fotografeerde een vlinder die ik pas thuis als Zilvervlek kon determineren. Er kroop een pad van enorme afmetingen rond die Bufo spinosus bleek te heten, ook wel beschouwd als ondersoort van de Gewone Pad, maar veel groter dan deze. De vrouwtjes schenen nog twee keer zo groot te worden als het dier dat we nu vonden.

We reden naar het hotel voor een welverdiende lunch. Onderweg zagen we tijdens een korte stop in het dorp meerdere Ooievaars, een Grauwe Vliegenvanger, Grote Lijsters en een Klein Koolwitje.

Geelbuikvuurpadden in love
Na de lunch besteedden we wat tijd aan het fotograferen van de fraaie Geelbuikvuurpad, waarvan er een aantal in een plasje vlakbij het hotel zat. Daarna reden we naar weer een nieuwe plek met wat kortere begroeiing, waar bovendien was voorzien in een schuilmogelijkheid in de vorm van een overdekt picknickhuisje. We vonden een Kleine Vuurvlinder, maar niet lang daarna begon het alweer te regenen. Toch werd er nog een nieuwe soort gevonden: een doorweekt Oostelijk Marmerwitje, dat dan ook gretig gefotografeerd werd. Een aantal deelnemers, waaronder ik zelf, vond ook nog een of meerdere Oostelijke Smaragdhagedissen. Ik zag alleen een jong, bruin gekleurd exemplaar, maar met de fraaie volwassen mannetjes zou het later nog helemaal goedkomen.

Na het avondeten ging met ik Paul en Ruurd nog op zoek naar Vuursalamanders langs het bospad bij het hotel, die door enkele deelnemers gisteravond waren gezien, maar we vonden vandaag 'slechts' Geelbuikvuurpadden en een forse Bruine Kikker.

Dinsdag 17-06-2014: Koprivshtitsa en via Plovdiv naar Dobrostan

Dubbelstipparelmoervlinder
We begonnen vanmorgen vroeg op de plek met de fraaie weiden waar we de eerste avond al waren geweest. De vegetatie is hier hoog en alles was weer eens drijfnat, zodat het vinden van vlinders geen sinecure was. Beetje vogels kijken dan maar: Europese Kanarie, Grauwe Gors, Grauwe Klauwier, Roodstuitzwaluw, Kwartelkoning, Cirlgors: allemaal soorten die je in Nederland niet of erg weinig te zien krijgt.

Na enige tijd werd er toch iets gevonden natuurlijk: een doorweekte Bontoogerebia waarvan het gehele kopje schuil ging onder een enorme regendruppel. Die kon wel wat zon gebruiken. We zagen een paar Rouwmezen en in de verte riep een Hop. En zie, na enige tijd kwam de zon erbij, het bleef droog en de temperatuur steeg. En toen kwam ineens de ene na de andere vlinder omhoog gekropen uit de vegetatie.

We vonden meerdere exemplaren van de fraaie Dubbelstipparelmoervlinder, die behoorlijk algemeen bleek te zijn. Hetzelfde gold voor het blauwtjestrio Wikkeblauwtje, Klaverblauwtje en Bruin Blauwtje. Ook de Veldparelmoervlinder vonden we regelmatig deze vakantie, hetgeen niet gold voor het Roodstreephooibeestje. Bij thuiskomst bleek ik van laatstgenoemde soort slechts een paar matige foto's te hebben. Misschien had ik er iets meer tijd in moeten steken.

De Tweekleurige Parelmoervlinder was voor mij weer een nieuwe soort, maar de Kleine Parelmoer was me natuurlijk welbekend. De eerste Violette Vuurvlinder werd gezien en gefotografeerd, en dat was een soort die we niet heel vaak tegenkwamen.

Icarusblauwtje
Paul en ik hoorden een ons onbekende, grasmusachtige zang en gingen op onderzoek uit. We vermoedden al snel dat er een Sperwergrasmus zat te zingen en een check van het geluid op Pauls telefoon bevestigde dat vermoeden. Het had wel wat voeten in de aarde voordat we de gluiperd in beeld hadden. Het bleek om een jong mannetje te gaan, of misschien alweer een geruid mannetje? In ieder geval niet zo'n mooi gebandeerd beest, jammer genoeg. Wel konden we het gele oog zien.

De parelmoervlindersoorten bleven komen, nu in de vorm van de algemene Bosparelmoervlinder, en ook de Kwartel begon weer te roepen. We hoorden een paar keer kort een Grijskopspecht, maar die kwam helaas niet uit het bosje waarin hij zat. Bij een klein plasje vloog de hele tijd een mannetje Platbuik rond.

Toen ik het veld aan de overkant in liep, werd ik ineens door Paul geroepen: hij had een Grote IJsvogelvlinder gevonden! We konden de vlinder gelukkig volgen en uiteindelijk fotograferen, en later lukte dat de hele groep omdat het beestje steeds terugkeerde bij een plas water op het zandpad. Er zaten nog twee nieuwe soorten voor mij in het vat: de Voorjaarserebia en het Vals Bruin Blauwtje. Toen reden we terug naar het hotel om te lunchen. Daarna werd de bagage in de auto geladen en gingen we onderweg naar het volgende gebied: de omgeving van Dobrostan.

Poecilimon thoracicus
Maar voor we daar aankwamen maakten we in de namiddag nog een stop bij een kasteel juist ten zuiden van Asenovgrad, waar we onder meer naar de enorme roofsprinkhaan Saga natoliae gingen zoeken. Helaas was het te bewolkt en te koud voor deze indrukwekkende sprinkhaan. Wel zagen we er volop Vale Gierzwaluwen en Alpengierzwaluwen en vonden we er een aantal wimpelstaarten van de soort Nemoptera sinuata, een fraai zwart-wit insect dat verwant is aan de gaasvliegen. Erg leuk vond ik de kleurrijke sabelsprinkhanen die naar de naam Poecilimon thoracicus luisterden.

We arriveerden laat in Dobrostan en mede omdat het weer eens regende, beperkten we ons die avond tot het nuttigen van een heerlijke maaltijd en al dan niet alcoholische versnaperingen.

Woensdag 18-06-2014: Dobrostan, op zoek naar de Apollovlinder

Apollovlinder met lifter
Als je, zoals ik, nog nooit een Apollovlinder hebt gezien, spreekt het vanzelf dat deze spectaculaire vlindersoort torenhoog op de verlanglijst staat. Natuurlijk was dat bij mij het geval toen we 's morgens vroeg naar dé plek voor deze soort reden. Het had weer flink geregend en alles was weer drijfnat, inclusief onze schoenen en sokken die intussen nauwelijks meer aan drogen toekwamen, maar we gingen desondanks op zoek. Het gebied was prachtig: rotsachtig en begroeid met schitterend gekleurde klaversoorten, tijm, wikke, wolfsmelk en nog veel meer. De eerste tijd leverde vanwege de nattigheid niets op. Wel zong er de hele tijd een Ortolaan die maar niet in de kijker wilde komen en ook de Cirlgors was weer present.

Heideblauwtje
Maar toen werd er van boven geroepen: er was een Apollovlinder gevonden! Jawel, daar zat hij, bovenop een bloem, enorm groot voor een vlinder maar drijfnat, zodat hij voorlopig niet aan vliegen zou toekomen. Zodoende kreeg iedereen ruim voldoende tijd om de Apollovlinder vanuit alle mogelijke hoeken te fotograferen, eerst met de vleugels dicht, later ook nog met de vleugels open.

Roomvlek
Lange tijd bleef het vinden van vlinders hier een moeizame aangelegenheid. Een fraaie Roomvlek deed zijn best voor ons, evenals een Bontoogerebia, die er veel mooier bij zat dan degene die we gisteren zagen. Het werd pas echt leuk toen de zon doorbrak en we beneden in een met bloemen begroeid hoekje gingen zoeken. Ineens kwamen er overal vlinders tevoorschijn. Nieuwe soorten voor de reis waren Balkan Bruin Blauwtje, Oostelijk Kalkgraslanddikkopje, Kleine Rotsvlinder, Citroenvlinder en het bijzonder fraaie Geelbandspikkeldikkopje. Ook vlogen er om de haverklap Apollovlinders langs.

Van de vogels waren enkele overvliegende Raven het vermelden waard en het hoogtepunt op vogelgebied kregen we voorgeschoteld toen we onderweg gingen naar de volgende plek, een waar we de Oostelijke Weerschijnvlinder hoopten te zien. Ineens vloog er een Steenarend voor en boven ons! De bus werd gestopt en iedereen stapte uit om de joekel door het luchtruim te zien glijden.

Kleine Rotsvlinder
Aangekomen bij de weerschijnvlinderplek bleek het met de zon toch weer tegen te vallen, zodat deze vurig gewenste vlindersoort niet tevoorschijn kwam. Dat gold ook voor een andere soort waarop ik erg hoopte: de Kleine Tanglibel. Wel kregen we een mooie show van Rotszwaluwen voorgeschoteld, vond ik weer een Zilvervlek, fotografeerden we een vrouwtje Weidebeekjuffer van de ondersoort balcanicus en zong er ver weg een Roodmus.

Na de lunch leek het aardig weer te blijven en ik zag vanaf de plek waar de bus geparkeerd stond een tijdje een Slangenarend vliegen. We zochten nog even naar vlinders, vonden een Geelsprietdikkopje en Icarusblauwtjes, maar toen regende het alweer. Dat kwam vandaag enigszins goed uit, want vanavond speelde Oranje al vroeg tegen Australië op het WK in Brazilië, zodat we Nederland na een moeizaam duel met 3-2 konden zien winnen.

Geelbandspikkeldikkopje

Donderdag 19-06-2014: een volle dag Dobrostan

Roodstuitzwaluw
Hadden we juist afgesproken om maar eens wat later op pad te gaan vanmorgen, schijnt de zon uitbundig. Dat zul je altijd zien. Daarom pakte ik de camera en ging een eindje lopen, met de bedoeling wat vogelsoorten vast te leggen. Dat lukte met o.m. Zwarte Roodstaart, Roodstuit- en Huiszwaluw, Boomleeuwerik en Witte Kwikstaart.

Geelsprietdikkopje
Omdat de zon scheen reden we na het ontbijt weer naar de plek van de Oostelijke Weerschijnvlinder, maar daarvoor was het nog te vroeg en toen het eenmaal laat genoeg was verdween de zon weer. Nee, we hadden geen geluk met die weerschijnen. Dan maar hogerop langs het paadje zoeken naar vlinders, en dat leverde erg leuke dingen op. Een Tweekleurige Parelmoervlinder warmde langdurig op, er vlogen Braamparelmoervlinders en een stel parende Moerasparelmoervlinders liet zich uitgebreid vastleggen. Toen ook nog het Morgenrood werd gevonden begon het toch wel een heel goede ochtend te worden.  Er werden nog diverse Bonte Dikkopjes gevonden, nieuw voor de vakantielijst, maar met de weerschijnvlinders wilde het uiteindelijk niet lukken.

Moerasparelmoervlinders in love
We reden naar een fraaie weide hoger in de bergen, maar hier bleek de tijd dat we konden fotograferen helaas beperkt, want voordat we het in de gaten hadden was de lucht alweer dichtgetrokken met dreigende wolken. Wel zagen we hier onze eerste Balkanhooibeestjes en een Dagpauwoog, maar het rommelde en lichtte alweer en de eerste druppels begonnen te vallen, zodat we al snel weer onderweg naar het hotel gingen om te lunchen. Onderweg kwamen we in verschrikkelijk noodweer terecht, met hagel en een zondvloed aan water die naar beneden kwam.

Morgenrood
In de middag werd het weer droog en de zon begon zowaar te schijnen. Ieder ging een beetje zijns weegs. Ik liep een stukje de weg af en vond een mooie zingende Ortolaan, Rouwmezen, een Boomvalk en fotografeerde een Duinparelmoervlinder. Omdat de zon bleef schijnen probeerden we nog een keer de plek van de weerschijnvlinder, maar vanwege het vele water dat was gevallen had de rivier een zodanige stand bereikt dat het hele gebiedje was ondergelopen.

Vrijdag 20-06-2014: een lange rit naar Rila met mooie stops onderweg

Grauwe Gors
Vanmorgen ontbeten we eerst om direct daarna te beginnen aan de lange rit naar Rila. Maar het werd niet alleen rijden vandaag. Tussen Plovdiv en Pazardzhik, ongeveer bij het gehucht Novo Selo, maakten we een tussenstop in een heel andersoortig gebied: vlak, droog en spaarzaam begroeid. Hier liepen we een tijd langs een paadje en vonden er allerlei nieuwe vakantiesoorten. De Witbandzandoog was vanaf nu erg algemeen. De Balkanheivlinder en het Zuidelijk Dwergblauwtje waren goeie vondsten, want die kwamen we elders niet meer tegen. Ook het Adonisblauwtje was voor mij de enige van de reis.

Het stierf er ook van de leuke vogelsoorten. Zo liet de Grauwe Gors zich prachtig fotograferen, een mannetje Zwartkopgors kreeg ik wel op de foto, maar helaas van nogal ver, zong er een Oostelijke Vale Spotvogel en waren er meerdere Kalanderleeuweriken te zien.

Heremiet
De Heremiet had ik in Turkije ook al gezien, maar was toch een graag geziene vlinder en hij liet zich erg mooi vastleggen. Een zeldzame, grote sprinkhaansoort, Asiotmethis limbatus, liet zich langdurig zien en vormde een mooi afscheid van dit fraaie gebiedje.

Niet getreurd, want het volgende fraaie gebied, een rijke weide nabij Pazardzhik, kwam al in zicht. Hier werd het echt lekker warm en de weide lag redelijk beschut, zodat de temperatuur voor het eerst deze vakantie flink opliep. Dat had tot gevolg dat de vlinders erg vliegerig waren, maar toch liet een aantal soorten zich mooi zien en vastleggen, zoals een Grote Schaduwzandoog, een vlinder die we vanaf nu nog vaker zouden tegenkomen, en – daar was –ie eindelijk! – mijn allereerste Dambordje! Nu er een Dambordje over de dam was volgden er hele horden, want het stierf er hier van.

De uiterst fraaie bastaardlibel Libelloides macaronius liet zich erg mooi zien en fotograferen en dat was leuk. Ook de Kleine Sleedoornpage deed erg zijn best en ik hield aan zijn verschijning een fraaie reeks foto's over.

Oostelijke Smaragdhagedis
Na een paar uurtjes heerlijk fotograferen was het echt tijd om door te rijden naar Rila. Het was nog een lange rit, maar nadat we de bagage in de kamers hadden gegooid konden we er nog even op uit, naar een kloof waar het zonnetje aanvankelijk nog scheen. Dat leverde mij het enige Vetkruidblauwtje van de reis op, een afgevlogen exemplaar dat zich niet liet vastleggen. Meer geluk had ik met de door mij vurig gewenste Schaduwlibel, die zowaar even voor mijn neus kwam hangen. Ik slaagde erin om een prachtig mannetje Oostelijke Smaragdhagedis vast te leggen, iemand vond een heleboel rupsen van de Wolfsmelkpijlstaart en de eerste Oostelijke Dambordjes werden gezien. En zo was het ondanks het lange eind rijden een heel mooie dag geworden.

Zaterdag 21-06-2014: een hele dag in Rila en in de avond terug naar Sofia

Oostelijk Dambordje
We begonnen vanmorgen iets later dan normaal omdat we in een kloof moesten gaan vlinderen, waardoor het enige tijd zou duren voordat de zon er zou gaan schijnen. Want schijnen dat deed –ie op deze laatste echte vakantiedag. Gelukkig maar, want zo zouden we nog een flinke inhaalslag kunnen plegen.

Ik kreeg voor het eerst deze reis een Grijze Gors in de kijker, en een groepje Kwakken vloog over. Toen de zon eenmaal de bodem van de kloof ging beschijnen, ging het hard. Ik vond een aantal Dwergdikkopjes, pietepeuterige vlindertjes die zich desalniettemin mooi lieten fotograferen. Ook een Kaasjeskruiddikkopje, een soort die ik in Nederland tot nu toe heb gemist, liet zich erg goed zien. Verrassing: ineens wemelde het overal van de Kleine Tanglibellen! Daar was ik ontzettend blij mee, omdat ik niet had verwacht ze nog tegen te komen nadat we ze in Koprivshtitsa hadden gemist. Een Koninginnenpage vormde een mooie aanvulling op de vakantielijst en het Turks Spikkeldikkopje was weer eens een nieuwe voor mij.

Kleine Tanglibel
Nadat we drie soorten hadden toegevoegd die we ook uit Nederland kennen, te weten de Eikenpage, de Bruine Vuurvlinder en de Argusvlinder, vonden we twee heel bijzondere soorten, waarvan ik niet had verwacht ze hier te kunnen tegenkomen: de Verborgen Heivlinder en het Balkan Geaderd Witje.

Toen was het even spectaculaire sprinkhanentijd met achtereenvolgens de grote Saga pedo, de nog veel grotere  Saga natoliae (toch nog gevonden! Het werd inderdaad een mooie inhaaldag!) en de bidsprinkhaan Empusa fasciata. Sowieso hebben we veel prachtige (m.n. sabel-)sprinkhanen gezien deze reis, waarvan ik de meeste op dit moment nog moet determineren.

Dwergdikkopje
We lunchten vandaag onderweg en daarna reden we naar een andere plek, een erg fraai pad waarlangs het, mede dankzij het fraaie weer vandaag, wemelde van de vlinders en libellen. Veel Blauwe Breedscheenjuffers vlogen er. Ik zag een Groot Koolwitje, mijn enige van de hele reis. Een nieuwe witjessoort voor mij was het Scheefbloemwitje dat zich leuk liet fotograferen. Toen volgden er nog een paar knallers om de vakantie op waardige wijze te besluiten. Eerst de geheimzinnige, onopvallende Balkanboswachter, die zich uiteindelijk vrij zittend liet fotograferen op een rots. Daarna vond ik een Kardinaalsmantel, de enige van de reis, en ook hij liet zich schitterend vastleggen. Tenslotte meldde zich ook nog de Koningspage, een soort waarvan ik erg had gehoopt hem tenminste te zien, maar nu vond ik er een die zich rustig zittend liet fotograferen, terwijl het van die beesten zijn die de hele tijd heen en weer vliegen.

Koningspage
De laatste soort die op mijn vlinderlijst kwam was de illustere Snuitvlinder, die van het pad af een boom in vloog en daar op een blad ging zitten. Toen hadden we intussen ook nog verrassingen als de Moorse Landschildpad gezien en een Egyptische Treksprinkhaan.

Daarna was het de hoogste tijd om naar het hotel te gaan, de spullen in te laden en naar Sofia af te reizen. Want morgenochtend zou ons vliegtuig al zeer vroeg vertrekken naar Eindhoven. We kwamen laat aan in Sofia, moesten nog eten, douchen en de bagage herschikken, zodat we pas laat in bed lagen.

Zondag 22-06-2014: van Sofia (Bulgarije) naar Eindhoven (Nederland)

Moorse Landschildpad
Om half drie diende de wekker te gaan, maar omdat ik de mijne verkeerd had gezet mocht ik van geluk spreken dat ik om tien voor drie wakker werd. Snel aangekleed en me met mijn bagage bij de groep gemeld.

Voor we het wisten zaten we in het vliegtuig, waarna we al rap weer aan de grond stonden in Eindhoven.

Zin in een lange bus- en treinreis had ik niet meer. Ik stapte in een taxi en liet me lekker luxe naar Leerdam rijden.

Het was, ondanks het soms matige weer, een heerlijke reis geweest.


Alle foto's van de reis zijn te vinden achter deze link.
  


Jan Zwaaneveld, 27 juni 2014

8 opmerkingen:

  1. Mooie serie, Jan. Ik zie dat je lekker actief met de beestjes bezig blijft. Zal je blijven volgen. Grtz, Dirk Pompert

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Nou Jan dat is toch wel een hele mooie reis met prachtige momenten en heel veel nieuwe soorten weer langs zien komen.klasse.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Hoi jan wat een super reis verslag! Ik herleefd het nog een keer! Top gr ruurd

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Wat een fantastisch verslag, Jan, met prachtige foto's. Jammer voor jullie dat het weer niet echt meezat maar daar is qua fotografie niets van te merken. Ook ruimschoots de tijd genomen om de foto's op je link te bewonderen en wat zit daar, net als hierboven, veel moois bij! Heel veel soorten waar ik nog nooit van gehoord hebt maar zitten te genieten van dat alles dat je ons voorschotelt. Grote Klasse!!

    Groet Kees

    p.s. wat is dat toch met jou en die weerschijnvlinder:-)

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Dank jullie wel voor de complimenten.

    @Ruurd: er komt nog een soortenlijst achter, daar ben ik nog mee bezig. Als die klaar is wil ik je het verslag met alle plezier als pdf toesturen.

    @Kees: tja, het is zo onderhand wel duidelijk dat je mij maar beter niet mee kan nemen als je weerschijnvlinders wil zien, haha ;-)

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Wat mooi beschreven en wat lekker om het zo weer te herleven. Het weer was uiteindelijk beter dan je denkt, want de tweede week dat ik er zat bleef niks stil zitten ;-) Maar we hebben enorm veel gezien, en het was erg gezellig! Groeten Paul

    BeantwoordenVerwijderen
  7. @Paul: ja, het weer had ook zo z'n voordelen ;-) Hoe dan ook, het was een topvakantie met onwijs veel soorten die ik graag wilde zien en fotograferen en het was idd beregezellig!

    BeantwoordenVerwijderen