vrijdag 22 maart 2013

19 t/m 22-03-2013: Lente in Limburg

IJs. Een frequent waargenomen verschijnsel de afgelopen dagen.
Op dinsdag 19 maart jl. vertrokken Cilja en ik voor een paar dagen Limburg. Toen we wegreden uit Leerdam zag het weer er aardig uit, en de voorspellingen waren redelijk: goeddeels droog en misschien een enkele bui. Maar we reden nog geen tien minuten op de A2 richting het zuiden of het begon te regenen, en dat hield pas op toen we onze eerste stop maakten voor een kop koffie met rijstevlaai in het plaatsje Sweikhuizen, vlakbij Puth, waar zich onze eerste doelsoort bevond: de Grauwe Gors.
Cilja zag de bui al hangen en bleef in de auto wachten, terwijl ik naar het plekje liep waar de Grauwe Gorzen (tot 21 stuks) vrijwel dagelijks worden gezien. Ik zag een Kramsvogel en veel Zanglijsters. Het ritselde er van de Geelgorzen, wat natuurlijk leuk was. Maar toen begon het te regenen. En daarna te hagelen. En toen weer te regenen. Dapper zocht ik door, maar de omstandigheden werden zo vervelend, dat ik het na een dik halfuur maar opgaf. We gingen weer op weg en zagen onderweg bij Wijlre een Grote Zilverreiger. We reden verder naar de gezellige herberg Oud Holset in het plaatsje Holset, waar we altijd logeren als we naar Limburg gaan. Toen we ons hadden geïnstalleerd werd het zowaar droog, zodat ik nog even het aangrenzende Holsetterbos in liep. Ik vond er zingende Zwarte Mezen, mijn eerste zingende Tjiftjaf en een paar overvliegende Kneutjes, allemaal jaarsoorten.

Het Elzetterbos op de eerste dag van de lente van 2013.
Op woensdag 20 maart was het volkomen hopeloos weer: het regende 's morgens en sneeuwde 's middags. Gelukkig hadden we op deze dag een bezoek aan de TEFAF (The European Fine Art Fair) in Maastricht gepland, zodat we de hele dag onder de pannen waren.

Slecht bewijsplaatje van Kortsnavelboomkruiper
Op 21 maart, de eerste dag van de lente, was het bewolkt, maar droog. 's Morgens om half zeven liep ik het Holsetterbos in, vastbesloten om een paar leuke soorten te scoren. Zo gezegd, zo gedaan, want na een uurtje vruchteloos wandelen vond ik ineens een prachtig mannetje Kleine Bonte Specht, mijn derde alweer dit jaar. Het spechtje liet zich langdurig van nabij bewonderen, maar wilde helaas niet op de foto. Terwijl ik ernaar stond te kijken, hoorde ik ineens van heel nabij een Kortsnavelboomkruiper zingen! De vogel zelf kon ik helaas niet ontdekken, maar ik slaagde er wel in om de zang op te nemen via de filmoptie op mijn fototoestel. Hier kun je 'm horen: zingende Kortsnavelboomkruiper. Terwijl ik naar de Kortsnavel zocht, kwamen er twee Kruisbekken roepend over me heen gevlogen, en ook dat was alweer niet gek. Op de terugweg naar de herberg had ik onwijs veel geluk: twee Kortsnavelboomkruipers lieten zich prachtig zien en horen! Helaas was het weer te donker en de beestjes te druk voor een fatsoenlijke foto, maar een slecht bewijsplaatje zat er nog wel in.

Dit prachtige vogeltje kende ik op 21 maart precies 10 jaar!
Na het ontbijt maakten Cilja (die ik vandaag exact tien jaar geleden voor het eerst ontmoette) en ik een wandeling door het - toegegeven - fraai berijpte en besneeuwde Kerperbos. Er was weinig vogelleven, maar wel hoorde ik twee Appelvinken roepen. Helaas kwamen ze niet in de kijker. Na deze fraaie wandeling reden we naar het restaurant Het Hijgend Hert, waar we lekker gingen opwarmen en ons vergrepen aan de zoveelste lekkere bak koffie met rijstevlaai. Toen we terugliepen naar de auto liet een Boomklever zich erg leuk zien en fotograferen.

De Boomklever wilde best even aan een leuke foto meewerken.

We reden naar het Hamsterreservaat bij Sibbe, waar ook een Grauwe Gors was gemeld. Ook hier veel Geelgorzen, wat Rietgorzen en ook Veldleeuweriken, maar geen Grauwe Gors. Wel een groepje van 16 overvliegende Goudplevieren, een jaarsoort. En een Stormmeeuw die wel op de foto wilde. Ook een groep van honderden Houtduiven en een zwerm gemengde Spreeuwen en Kieviten zijn het vermelden waard. Aan het eind van de middag deden we nog een restaurantje in Slenaken aan voor een verlate lunch. Toen we weer naar buiten stapten zat er een Witte Kwikstaart op het dak - mijn eerste van het jaar 2013.

Fotogenieke Stormmeeuw in het Hamsterreservaat bij Sibbe.
Vandaag, donderdag 22 maart, was alweer de laatste dag van ons Limburg-uitje. Om kwart over zes stond ik weer naast mijn bed. Vandaag scheen gelukkig de zon, wel stond er een gure oostenwind, waarvan je in het bos gelukkig niet al teveel merkte. Ik liep het Holsetterbos weer in en hoorde een Geelgors zingen. Er zongen trouwens veel meer vogelsoorten, ze laten zich niet door het koude weer bedotten en weten donders goed dat het lente is. Even verderop zag ik twee Appelvinken bovenin een boom zitten, lekker in het ochtendzonnetje. Toen ik naar boven geklommen was hoorde ik ineens een Middelste Bonte Specht roepen! Even later had ik de vogel in beeld en hoewel hij erg hoog in een erg hoge boom zat, kon ik nog wel een filmpje van 'm maken. In ieder geval is het geluid herkenbaar: Middelste Bonte Specht in het Holsetterbos. Hier was ik erg gelukkig mee, want hoewel ik er al een keer of vier geweest ben in recente jaren, had ik nog nooit een MiBo gezien in dit bos. Ik moet er wel bijvertellen dat ik er altijd in mei was, niet direct de beste tijd om MiBo's te scoren. Met die heerlijke aanblik van de MiBo in het ochtendzonnetje nog in mijn hoofd liep ik verder en na enige tijd stuitte ik opnieuw op een Kortsnavelboomkruiper, die zich erg mooi liet zien en horen, maar weer niet fatsoenlijk op de foto wilde. Ik vond twee Glanskopjes, die nog een jaarsoort waren en na anderhalve kilometer lopen of zo vond ik opnieuw een Middelste Bonte Specht, die zich in ieder geval fotografisch liet vastleggen.

Middelste Bonte Specht nummer twee!
Het was alweer tijd om huiswaarts te gaan, maar niet nadat we nog twee laatste pogingen op de Grauwe Gors deden. Bij Sibbe wel Kramsvogels, Grote Lijsters, 35 Geelgorzen en Veldleeuweriken, maar geen Grauwe Gors. Bij Puth was het deze keer weliswaar droog, maar de harde, gure oostenwind stond precies op het struikencomplexje te blazen waar de Grauwe Gorzen bijna dag in, dag uit worden gezien en gefotografeerd. Ik wachtte een tijdje, zocht de omgeving nog af, maar vond niets, behalve weer een paar Rietgorzen en een fraai wijfje Blauwe Kiekendief, dat de boel eens flink op stelten kwam zetten. O.k., geen Grauwe Gors dus. Knarsetandend moest ik me overgeven aan deze realiteit, maar goed, ondanks dat het weer niet altijd meezat en de Grauwe Gorzen voor ons verborgen bleven, was ik toch tevreden met wat we wél hadden gezien. Het waren zoals altijd heerlijke dagen in het Limburgse heuvelland.

dinsdag 5 maart 2013

05-03-2013: Geen kranen, wel vlinders

De eerste Kleine Vos van 2013!
Het hele land is al twee dagen lang vergeven van de overtrekkende Kraanvogels, ook in het midden en westen van het land komen groepen over. Dus zat ik vanmorgen rond half tien op trektelpost dakterras en speurde de lucht af. Ik kwam tot vier Ooievaars, een mooie V-formatie van 37 Aalscholvers (mijn hart sloeg drie keer over) en een stuk of 15 Buizerden, maar geen Kraanvogel in zicht boven mijn mooie privé-telpost. Ik hield het vol tot een uur of drie vanmiddag, toen had ik het wel gezien. Gelukkig zorgden de vlinders ervoor, dat het toch een heerlijke dag werd, want de temperatuur was voor het eerst lente-achtig te noemen en prompt verschenen de eerste Kleine Vossen van 2013 op ons dakterras. We telden er minstens vier vandaag. Gelukkig, het vlinderseizoen is ook weer begonnen!

maandag 4 maart 2013

04-03-2013: Eindelijk weer eens naar de Biesbosch

Het gebeurt niet vaak dat een Buizerd zich lekker laat fotograferen. Maar deze werkte wel mee.
Eindelijk kwam het er weer eens van en jawel, het was ook nog mooi weer. Vanmorgen om een uur of half elf reden Cilja en ik met ons hondje Chico naar de Brabantse Biesbosch. We waren er al veel te lang niet geweest en natuurlijk konden we er voor de jaarlijst 2013 nog een aantal leuke soorten vandaan halen. We begonnen met een lekkere wandeling langs de Deeneplaatweg, waar we vier Nonnetjes zagen zwemmen en waar we direct al door twee zingende Cetti's Zangers muzikaal werden onthaald. Later in Polder Maltha hoorden we er nog minstens twee. Het was heerlijk lenteachtig weer, er trok een Veldleeuwerik over, een Grote Zilverreiger vloog op en een Buizerd liet zich geweldig mooi fotograferen. En dat gebeurt niet vaak, meestal zijn ze direct weg als je naast ze stopt. Even verderop bleef ook een Torenvalkje mooi zitten toen ik mijn camera op hem (eigenlijk haar) richtte.
In de Polder Oude Hardenhoek speurden we naar de Zeearend, maar vonden hem niet. Wel was er een grote groep Grutto's aanwezig, en dat gaf ons een nog groter gevoel van voorjaar.

Ook een Torenvalkje liet zich fotograferen.
We probeerden aan de andere kant van Polder Hardenhoek te komen maar goeie genade, wat is het een puinhoop met werkzaamheden in de Biesbosch. Dat was toch wel een minpuntje. Het resultaat zal wel mooi zijn, maar ik begrijp niet dat ze die werkzaamheden niet een beetje handig kunnen faseren, zodat tenminste niet de helft van de wegen onverwachts eindigt in een kleiput.
Maar genoeg geklaagd. Na een flinke omzwerving wisten we toch Polder Maltha te bereiken, waar we op zoek gingen naar de Klapekster. Toen we de auto uitstapten keek ik omhoog en zag een adulte Zeearend boven ons vliegen! We konden hem een tijd volgen met de kijker, tot hij ergens ten noorden van ons achter de bomen verdween.
We liepen de polder in, hoorden opnieuw twee Cetti's Zangers en ook nog een Waterral, maar die Klapekster vonden we niet. Dat was jammer, maar natuurlijk waren we toch weer erg tevreden met het resultaat van ons tochtje Biesbosch.

vrijdag 1 maart 2013

01-03-2013: Oehoe & Mibo

Ja hoor, daar zit ze weer. Vrouwtje Oehoe op het nest in de Achterhoek.
Mijn vogelvrienden Koert en René hadden de Oehoe nog nooit gezien en die zit intussen alweer op zijn nest op de algemeen bekende geheime lokatie in de Achterhoek, zodat we vanmorgen maar eens koers zetten naar het oosten des lands. Per slot van rekening waren hier ook nog Middelste Bonte Specht, Kortsnavelboomkruiper en Waterspreeuw te scoren. Het was vanaf Leerdam toch nog langer rijden dan we hadden ingeschat, zodat we pas rond elf uur bij de Oehoeplek waren. Gelukkig zat mevrouw O. op haar vertrouwde richeltje te broeden op haar eieren, zodat het scoren van deze reuzenuil een makkie was. We bleven een tijdje staan genieten en gingen toen verderop, naar Bekendelle, voor Mibo en de boomkruiper. Maar het was daar erg rustig met de vogels. Na een dik uur wandelen besloten we eerst maar voor een bak koffie te gaan in een nabijgelegen restaurant. Toen we terugkwamen ging het beter. Ik hoorde de Middelste Bonte Specht roepen, we liepen de richting van het geluid op en hadden niet veel later... een Kleine Bonte Specht in beeld! Het minispechtje, een vrouwtje, liet zich prachtig bekijken. Dat was een dikke bonus! Even later kwam de Middelste Bonte Specht aangevlogen en liet zich een twintigtal seconden heel mooi zien, om daarna spoorloos te verdwijnen. Verder uitpluizen van het bos leidde niet tot interessante soorten en om een uur of drie begonnen we aan de lange terugweg.