Het waait al een paar dagen uit westelijke
richtingen en dan krijg je als rechtgeaard vogelaar de zeevogelkriebels.
Er worden jagers, pijlstormvogels, noordse stormvogels, vaaltjes en genten
gemeld van de zeetrektelposten. Dan zit er maar een ding op: naar zee! Nu is
dat vanuit Leerdam met het OV makkelijker gezegd dan gedaan. De
dichtstbijzijnde kust is voor mij die van Hoek van Holland, en dat is bepaald
geen Camperduin of Westkapelle. Doordat de Maasvlakte er vlak onder ligt en een
enorm eind in zee steekt, snijden de zeevogels een stuk af en zijn vanaf de
Hoek meestal nauwelijks te zien.
Maar je moet toch wat. De echt goeie zeevogelkijkpunten
zijn voor mij niet echt tijdig te bereiken, want meestal trekt het lekker tot
een uur of tien, maar dan wordt het al minder. En in Hoek van Holland kun je
meestal toch een klein graantje meepikken. Omdat ik nog net in een vertraagde
trein kon springen was ik al om kwart over zeven in Hoek van Holland, en ik
liep direct door naar de pier. Onderweg wel even elf Huiskraaien scorend,
en een overvliegende Buizerd en idem Sperwer. De wind was goed, west en niet al
te hard, zodat ik me halverwege de pier kon opstellen zonder ervan af te waaien
of te spoelen.
Het speuren kon beginnen. En het viel niet mee. Na een
uurtje vond ik eindelijk een jager, ver weg maar toch te determineren
als Grote jager. Gelukkig kwam er weer anderhalf uur later een tweede
langs, veel dichterbij, laag boven de golven. Dat was een mooie jaarsoort! Vier
Jan-van-Genten – een enkeling en een groepje van drie – kwamen eveneens ver weg
langs. Grappig was een juveniele Zwarte stern die langs de pier vloog met twee
Visdieven. Een Grote stern zat op het strand, samen met Kanoeten, Bonte
strandlopers en Drieteenstrandlopers.
Terwijl ik over zee stond
te kijken, stond de hele tijd deze onvolwassen Zilvermeeuw praktisch aan mijn
voeten, achter het opstaande richeltje van de pier te schuilen tegen de wind.
Hij keek me nu en dan aan met een blik van 'wat is die malloot nu aan het
doen'. Toen ik om een uur of half twaalf de brui gaf aan het zeetrek kijken en
terug wandelde, kwam ik de eerste Paarse strandloper van het najaar tegen tussen
de Steenlopers. Langs de Koningin Emmaboulevard nog twee Rosse grutjes, ook
altijd leuk, en als afsluiting nog een lekker broodje garnalen en een bak
koffie in het Vispaleis. Het was weer een mooie vogeldag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten