Mijn vogelvrienden Koert en René en ik besloten om dit jaar een oude
traditie nieuw leven in te blazen: een driedaags bezoek aan Texel tijdens het
DB Vogelweekend (v/h de DB Vogelweek). Om kwart voor acht was ik in Heemstede,
waar Koert en René even later kwamen aanrijden. Ons plan was er een dat
waarschijnlijk meer vogelaars hadden gemaakt: eerst even langs Petten om te
zien of de Steppekiekendief die daar al een aantal dagen zat nog aanwezig was,
ondanks het feit dat hij gisteren rond 12 uur voor het laatst was waargenomen,
ver wegvliegend richting zuid. Ter plaatse bleek er van een Steppekiek dan ook
geen sprake meer te zijn, maar wel werden we verblijd door de aanwezigheid van
tenminste vier IJsgorzen, die we prachtig aan de grond, door de telescoop,
konden waarnemen. Dat gebeurt niet vaak en het was het eerste mooie vogelmoment
van het weekend. Over zee vloog nog een juveniele Jan-van-Gent en een tiental
Zwarte Zee-eenden, en tegen de dijk, tussen de blokken en de spaarzame
begroeiing, hielden zich drie Tapuiten en – bizar! – een Kleine karekiet op.
Ook scoorden we de eerste Kepen van de trip, en er zouden er nog heel wat
bijkomen. Toen we uitgekeken waren op de dijk bij de Putten reden we even naar
Petten, alwaar zich een Bladkoning zou ophouden in een haagje. Maar ja, als je
niet precies weet welk haagje wordt het lastig natuurlijk. Dus reden we na
korte tijd maar door naar Den Helder. Tijdens de oversteek was het weer meeuwen
fotograferen en kijken of er nog iets bijzonders achter de boot kwam, maar dat
was niet het geval.
Op Texel aangekomen reden we direct naar 't Horntje, want ook daar zat al
enkele dagen een Bladkoning. Maar helaas was ook die niet meer aanwezig.
Sterker nog: op het hele eiland werd vandaag geen Blako gezien. Dan maar op naar
de befaamde tuintjes in het noorden, maar niet nadat we van een welverdiende
lunch hadden genoten in restaurant De Robbenjager, dat dit weekend de
uitvalsbasis van de vogelaars was. Het verwonderde ons dat er nog maar zeer
weinig vogelaars aanwezig leken te zijn. Op het waarnemingenbord stond alleen
een Zwarte Ooievaar overvliegend, dus daar hadden we niet veel aan, al hoopten
we die Zwooi dit weekend toch nog in te rekenen, want hij hing al een tijdje op
Texel rond. Naar de tuintjes dus. Hier was weer van alles te beleven, de
tuintjes zaten vol zangertjes en er trok van alles over. Zo scoorden we
Goudhaan, Bonte vliegenvanger, Gekraagde roodstaart, veel Tjiftjaffen, een
Grasmus, een overvliegende IJsgors, Rietgorzen, Zwartkop, Sijs, Koperwiek, twee
Blauwe kiekendieven et cetera, maar geen zeldzaamheden.
Wel liet zich een handtamme
Keep fantastisch fotograferen; die had duidelijk nog nooit mensen gezien. We
liepen iemand tegen het lijf die net een Grauwe franjepoot bij de IJzeren Kaap
had gezien, dus gingen we daar maar eens op af. Maar het zat niet mee vandaag
met de soorten waar we op af gingen en ook die Grauwe franje vonden we niet.
Wel zagen we bij het Wagejot een prachtige juveniele Slechtvalk jagen en vonden
we allerlei gewone steltjes voor de weekendlijst. Aan het eind van de dag reden
we nog naar de Westerslag bij paal 15 wegens de melding van Strandleeuweriken
daar. Ook die vonden we niet, maar toch was het een waardige dagafsluiter. Er
liepen Drieteenstrandlopertjes rond, er dobberden twee Gewone zeehonden in de
branding, er vloog een juveniele Jan-van-Gent voorbij en het meest
indrukwekkende van alles: een Roodborstje dat uit zee kwam vliegen en uitgeput
op het strand neerplofte. En later nog een, en nog een. Pas toen het schemerig
werd hielden we het voor gezien. Het was een mooie vogeldag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten